Recensie Cameretten


Cameretten met de voorstelling
Finale Cameretten 2017


Gezien op: 25-11-2017 Nieuwe Luxor Theater Rotterdam

In cabaretland zijn er enkele festivals die elke aanstormende cabaretier maar al te graag wil winnen, zoals bijvoorbeeld het Leids Cabaretfestival. Van vergelijkbare prestige is Cameretten, oorspronkelijk een lustrumactiviteit van de studentenvereniging SSR te Delft. Dit jaar vierde het festival al weer haar 52e editie. Freek en Bram behaalden ooit de finale en Theo Maassen wist het festijn zelfs op zijn naam te schrijven. Dat wist Peter Pannekoek ons te vertellen, de gastheer van de finale.

De avond startte met de voorstelling “Waar” van Andries Tunru, 26 jaar oud en in het bezit van een bachelor diploma Psychologie en ADHD. Van de drie finalisten was Tunru degene die zich het meest aan de compositie van een traditioneel cabaretprogramma hield: in zekere zin zou je een meerlaagse structuur in zijn voorstelling kunnen herkennen.

In zijn show was een aantal filosofische componenten verwerkt. Zo vroeg hij zich bijvoorbeeld af waarom mensen niet genoeg nemen met een 7,0 als cijfer voor hun leven. Een interessante gedachte. Een 7,0 was het cijfer dat sommigen van zijn oud-klasgenootjes ook aanvaarden bij de piepjestest met gym. Tunru opent zijn voorstelling met een demonstratie van die piepjestest en noemt deze test sadistisch omdat je nooit kan winnen. Hij schetst daarmee een metafoor voor het leven. Vervolgens haalt hij die metafoor onderuit door te stellen “dat je het cassettebandje eruit kan lopen” (wat inderdaad kan). Zijn metafoor voelt enigszins kreupel aan, want, uit zijn beeldspraak volgt dat je door veel training (en talent) het leven volledig de baas zou kunnen zijn, wat in essentie natuurlijk niet zo is: was het maar zo’n feest! Wat dat betreft had hij beter de coopertest, i.e. zoveel mogelijk meters rennen in 12 minuten, als metafoor voor het leven kunnen gebruiken: bij die test kan je in principe altijd een hogere score halen, net zoals in het leven.

Het spel van Andries is vrij aardig. Hij voelt goed aan hoe hij zich over het podium dient te bewegen en welke motoriek en mimiek daar bij past. Ook heeft hij zo nu en dan een zwarte doch zeer geestige uitspatting. Maar, de structuur van zijn show is te ingewikkeld voor wat hij wil vertellen. In zijn stuk propt hij het stoïcisme, i.e. het idee om vrij te zijn van lijden door passies af te wijzen. Maar, hij misvat het kernpunt van die stroming. Dat is te zeggen, zijn broer biedt hem een gedachte-experiment waar hij de dalen in zijn leven mag wegstrepen tegen de pieken, waarna hij begint over de perfecte wereld, terwijl in een perfecte wereld nou juist alleen maar pieken zijn (die hij expliciet benoemt). Als hij de metafoor waarmee hij opende (piepjestest) wat beter had uitgewerkt was die structuur meer dan voldoende geweest.

Daarna was het de beurt aan mejuffrouw Janneke de Bijl, afgestudeerd in de Logica en Argumentatieleer, m.a.w. een filosofe. Janneke is van de linkse kerk en schuift dat niet onder stoelen of banken: ze is veganist, socialist en feminist. Ze komt over als een gevoelige dame die op rationele wijze haar emoties te lijf gaat: Tja. Ook is ze geregeld scherpzinnig. Veel filosofen denken na over zeer abstracte zaken: wat is zijn en wat is kennis? Die technieken gebruikt Janneke, maar zij plakt ze op dagelijkse kwesties: wanneer moet je een bruisbal gebruiken? Als je je goed voelt, dan is het niet nodig, want je voelt je al goed en als je je slecht voelt en je gebruikt de bruisbal maar je voelt je daarna niet beter, dan is het zonde van die bruisbal omdat het effect uitblijft. De kracht van die vergelijking ligt verscholen in zijn eenvoud: best leuk verzonnen!

De gedichtjes die zij opvoert zijn veelal mooi of melancholisch en bezorgen ook een paar keer een lach. Alhoewel Janneke wel geestig is, toch zijn haar gedachtes eerder interessant dan bijzonder grappig. Maar misschien is dat wel belangrijker. Toen zij via haar psycholoog in contact kwam met een mindfullness-coach, waar ze sceptisch over was en een vileine e-mail naar stuurde, werd zij (door die coach) op haar nummer gezet: “Beste Janneke, dank voor je vooroordelen, je lijkt me een geschikte kandidaat voor mijn cursus.” Die zelfspot siert haar.

Mark Waumans, vanuit huis uit een stand-up komediant, sloot de finale af met zijn voorstelling “Spiegelbeeld”. De structuur van zijn show bracht mogelijkheden met zich mee: Mark heeft een tweelingbroer genaamd Rob Waumans die boeken schrijft en in zekere zin diametraal in het leven staat. Alhoewel de structuur op zichzelf veel potentie heeft, toch werkt Waumans deze inhoudelijk gezien niet optimaal uit. Zo gaat zijn openingsstuk over het feit dat hij sinds kort een bril heeft, en dat hij plots weer bekenden tegenkomt op straat: erg flauw. Als een van de vele grollen gedurende een optreden in een comedycafé kan zo’n onschuldig grapje er absoluut mee door. Maar, om met die grap al dan niet te openen tijdens de finale van Cameretten is duidelijk een andere kwestie.

Tijdens zijn voorstelling komt de stand-up achtergrond van Mark meermaals nadrukkelijk naar voren: zijn spel is bovengemiddeld goed en hij heeft een sterk gevoel voor timing. En, wat ook typisch is aan stand-up comedy, dat is het autobiografische gehalte. Als gewezen IT’er beschrijft hij zijn ervaringen op kantoor: “Op vrijdagavond om 23:12 uur stuurt er nog een of andere vervelende collega een mailtje zodat iedereen ziet, nou goh, wat werkt die hard, terwijl Mark op die vrijdagavond al in een zak MDMA zat te roeren.” Het voorgaande is an sich niet eens zo grappig, maar de wijze waarop Waumans het weten te verkondigen doet de zaal erg hard lachen.

Hierna bespreekt hij enigszins clichématig het Koningshuis, maar hij maakt een wonderlijke argumentatiefout. Ondanks dat het Koningshuis hoge kosten met zich mee brengt, toch moet dat instituut volgens Waumans niet worden afgeschaft, want, zo stelt hij: “de beveiliging van een politicus als Geert Wilders kost ook bakken met geld”. Het was best geestig geweest indien zijn verdediging ironisch was bedoeld, want zijn betoog bevat een eersteklas drogreden: is Waumans werkelijk in twijfel of Willem Alexander direct én democratisch gekozen is?

Waumans is een voormalig rapper en sluit met deze kunstvorm zijn show af. Het wordt een rap over zijn existentiële crisis waarin de titel van de voorstelling duidelijk terugkomt, dat is wel sterk: Ik ben Mark uit Heerhugowaard maar wie ben ik eigenlijk? Mark Waumans: “Als jullie mijn voorstelling niet leuk vonden, dan ben ik Rob Waumans”. Een speels einde.

Gedurende het tellen van de stemmen en het juryconclaaf verzorgde Sanne Wallis de Vries een gastoptreden: “Waarom heten oortjes (e.g. voor je telefoon) hetzelfde als het ding waarin je het stopt? Een vibrator heet toch ook geen kutje?” Tamelijk humoristisch, maar misschien ligt dat wel aan de melige smaak van deze recensent. Na het optreden van Sanne volgde de uitslag. Janneke de Bijl won de publieksprijs en de juryprijs, Andries Tunru de persoonlijkheidsprijs en Mark Waumans uit Heerhugowaard ging net als Rob Waumans zonder prijs naar huis.



Mark Coelen




Deze pagina is onderdeel van de website www.cabaret.nl.
De cabaret-database van Nederland.
Een actueel overzicht van cabaret, kleinkunst en stand-up comedy.
 
Kijk op cabaretmatch.nl voor meer informatie over theater op maat, cabaret op maat of een muziekoptreden voor een congres, symposium of feest op maat.